4 Huizen
Levensvaardigheden gerelateerd:
Zelfregulering
Methodologie:
Richtlijn voor het ontwikkelen van focusgroepen over actuele onderwerpen
Onderwerp:
Geschiedenis en aardrijkskunde.
Sociale en psychologische wetenschappen.
Leeftijd/Graad:
13/14 Middelbare school, eerste klas middelbare school
Tijdstip:
90 minuten
Materialen/suggesties
Benodigdheden: kleuren voor iedere deelnemer (één andere kleur per deelnemer in dezelfde groep) en een karton dat groot genoeg is voor 4 vierkanten waarop 4 deelnemers samen 4 huizen kunnen tekenen.
Let op, geef de regels aan de deelnemers en zorg ervoor dat ze begrijpen hoe ze zich moeten gedragen.
Let op de woorden en daden van de deelnemers en verdeel ze in categorieën, zoals:
Woorden/daden die andere groepsleden waarderen
Woorden/daden die de taak verlichten
Agressieve woorden/acties
Woorden/daden van terugtrekking/geen samenwerking
Belangrijker is de uiteindelijke feedback: vorm een kring en begin de deelnemers deze voorgestelde vraag te stellen over het belang van samenwerking en de impact van sommige vrije keuzes en acties van degene die meer vrijheid heeft dan anderen.
Begin met het bekijken van het eindproduct van elke groep, beginnend bij het eerste tot en met het vierde vierkant. Vergeet niet uit te leggen hoe het is gedaan (de regels die in de beschrijving van de activiteit zijn gebruikt) en of het huis leeg of rommelig is, en hoeveel ruimte elk huis heeft. Misschien een korte beschrijving van hoeveel producten er beschikbaar zijn. Begin vervolgens met het vragen aan de deelnemers die meer vrijheid hebben en stel daarna dezelfde vraag aan de andere deelnemers:
Hoe was de training? Vond je het leuk?
Hoe voelde u zich tijdens de verschillende fasen van de activiteit?
Denk je dat je de activiteit op een andere manier zou kunnen uitvoeren in de verschillende fasen van het spel?
Denkt u dat er iets is wat u beter kunt doen?
Is er iets wat u dwarszit?
Waarom denk je dat we deze activiteit hebben gedaan?
Nadat iedere deelnemer een antwoord heeft gegeven, kunnen de leraar en de opvoeder vragen of de deelnemers met meer vrijheid nog iets willen toevoegen. Vervolgens bespreken ze met de klas of de activiteit kan worden toegepast op andere historische situaties of op de les zelf.
Oordeel niet, probeer gewoon de feiten te benoemen en gebruik geen woorden als goed of fout, slecht, enzovoort. Probeer je te concentreren op de deelnemers en de resultaten, vertel ze dat ze het niet persoonlijk moeten opvatten, maar dat ze gewoon moeten proberen te begrijpen hoe ze hun levensvaardigheden of leerproces kunnen verbeteren.
Pas het vervolgtraject aan met de levensvaardigheden waarop u zich wilt richten of de behoeften die u het belangrijkst vindt voor de deelnemers.
Instructies voor de begeleider
Leg de regels van de activiteit duidelijk uit aan alle deelnemers. Zorg ervoor dat iedereen begrijpt wat hij of zij moet doen.
Observeer en noteer de woorden en acties die deelnemers gebruiken. Je kunt ze categoriseren als:
Woorden/daden die andere groepsleden ondersteunen
Woorden/daden die helpen de taak te voltooien
Agressieve woorden/acties
Woorden/daden die wijzen op terugtrekking of gebrek aan medewerking
Debriefingsessie
Na de activiteit verzamelt u alle deelnemers in een kring voor een discussie.
Beoordeel het eindproduct van elke groep, van het eerste tot en met het vierde vakje.
Bespreek hoe de activiteit is uitgevoerd, welke regels er zijn gevolgd en of de tekeningen van het huis duidelijk of rommelig zijn.
Beschrijf de oppervlakte van elk huis en de voorzieningen en faciliteiten die het biedt.
Stel de deelnemers, te beginnen met degenen die tijdens de activiteit meer vrijheid hadden, de volgende vragen:
Hoe voelde je je tijdens de activiteit? Vond je het leuk?
Welke emoties ervaarde je in verschillende fasen?
Zou u iets anders doen als u de activiteit opnieuw zou doen?
Denkt u dat er iets verbeterd kan worden?
Was er iets wat u stoorde of van streek maakte?
Waarom denk je dat we deze activiteit hebben gedaan?
Moedig alle deelnemers aan om hun gedachten te delen.
Bespreek als groep of deze activiteit betrekking heeft op situaties uit het echte leven, historische gebeurtenissen of ervaringen in de klas.
Tips voor facilitering
Blijf neutraal: oordeel niet over de reacties van de deelnemers.
Concentreer u op de feiten: label acties niet als 'goed' of 'fout'.
Stimuleer reflectie: help deelnemers na te denken over wat ze hebben geleerd en hoe ze dat kunnen toepassen.
Pas de vervolgactiviteiten aan zodat ze gericht zijn op specifieke levensvaardigheden of leerbehoeften die relevant zijn voor uw groep.
Omschrijving van de activiteit:
Maak groepen van maximaal 4 deelnemers.
De activiteit is ideaal om zelfregulering te bevorderen en wanneer u kritisch denken over historische situaties en de daarmee samenhangende conflicten en/of duurzaamheid wilt ontwikkelen.
De volgende stappen worden voor elke groep uitgevoerd.
Het doel van elke deelnemer is om een huis te tekenen in vier verschillende vakjes van het bord. Er zijn vier wedstrijden, en elke wedstrijd wordt gespeeld in één vakje van het bord. Alle rondes hebben verschillende regels, behalve de speelvolgorde.
Kies aan het begin de speelvolgorde. De spelersvolgorde is in de eerste en tweede wedstrijd hetzelfde.
Wedstrijdnummer 1: teken een huis van welke grootte dan ook in het eerste vakje. In het vakje waar een huis staat, mag de speler van de beurt de tekeningen van de andere huizen niet kruisen. De eerste speler heeft 30 seconden, de tweede 15, en de derde en vierde slechts 5 seconden.
Wedstrijd nummer 2: verdeel het tweede vierkant in 4 delen. Elke speler mag zijn/haar eigen huis tekenen, maar met een andere tijd (opnieuw). De eerste speler heeft 30 seconden, de tweede 15, en de derde en vierde slechts 5 seconden.
Wedstrijd nummer 3: iedereen trekt tegelijk een huis en probeert het in het derde vakje groter te maken. Tijdslimiet 2 minuten.
Wedstrijd nummer 4: teken samen met anderen één huis. Iedereen moet een specifieke rol en doel voor het huis hebben. Bepaal van tevoren wat de groep in dit huis wil hebben.
Tijd om te beslissen en het huis te tekenen: 10 minuten (maar je kunt ze 5 minuten extra geven als ze dat willen)
Geef tot slot een laatste feedback op de activiteit (zie suggestie hierboven), waarbij u kunt beginnen met het bespreken van specifieke onderwerpen die u wilt bespreken met de deelnemers.
Elk vierkant is een andere fase van zelfregulatie
Benodigde materialen
Eén kleur (bijv. stift, kleurpotlood) per deelnemer. Iedere persoon in dezelfde groep moet een andere kleur hebben.
Eén groot vel papier (karton) per groep, groot genoeg om in 4 gelijke vierkanten te verdelen.
Groepsvorming
Vorm groepen van maximaal 4 deelnemers.
Activiteitsdoelstelling
Elke deelnemer tekent een huis in een van de vier vakjes op het bord. De activiteit bestaat uit vier rondes, elk met andere regels.
Activiteitenrondes
Ronde 1: Individuele loting met tijdslimieten
In het eerste vakje tekenen de deelnemers om de beurt een huis.
De speelvolgorde wordt aan het begin bepaald en blijft hetzelfde voor ronde 1 en 2.
Tijdslimieten:
1e speler: 30 seconden
2e speler: 15 seconden
3e en 4e speler: elk 5 seconden
Spelers mogen niet over huizen heen tekenen die andere spelers al getekend hebben.
Ronde 2: Verdeeld vierkant tekenen
Verdeel het tweede vierkant in vier gelijke delen.
Elke deelnemer tekent zijn eigen huis op het hem toegewezen deel.
De tijdslimieten zijn dezelfde als in ronde 1.
Ronde 3: Simultaan tekenen
In het derde vakje tekenen alle deelnemers tegelijk.
Doel: Iedere persoon tekent een huis en probeert het zo groot mogelijk te maken.
Tijdslimiet: 2 minuten.
Ronde 4: Samen tekenen
In het vierde vakje tekent de groep samen één huis.
Bepaal vooraf met de groep welke voorzieningen het huis moet hebben.
Wijs elke deelnemer een specifieke rol of een specifiek deel van het huis toe.
Tijdslimiet: 10 minuten (kan indien nodig met 5 minuten worden verlengd).
__________________________________________
Discussie na de activiteit
Nadat alle vier de rondes zijn voltooid, komen de deelnemers bijeen om de activiteit te bespreken. Concentreer u op onderwerpen zoals samenwerking, besluitvorming en hoe verschillende regels de uitkomsten hebben beïnvloed. Moedig iedereen aan om hun gedachten en gevoelens over elke ronde te delen.
Leerfocus
Elk vierkant vertegenwoordigt een andere fase van zelfregulatie. Deze activiteit helpt deelnemers te begrijpen hoe regels, tijdsdruk en samenwerking hun werk en interacties met anderen beïnvloeden.